Vergelijkende bijvoeglijke naamwoorden Opdrachten in de Engelse taal

Vergelijkende bijvoeglijke naamwoorden, ofwel comparatieven, zijn een essentieel onderdeel van de Nederlandse taal. Ze helpen ons om verschillen en overeenkomsten tussen mensen, plaatsen, objecten of situaties te beschrijven. Door vergelijkende bijvoeglijke naamwoorden te gebruiken, kunnen we nuances in onze communicatie aanbrengen en onze zinnen levendiger en specifieker maken. Het correct toepassen van deze bijvoeglijke naamwoorden kan een uitdaging zijn, vooral wanneer we de regels en uitzonderingen goed willen toepassen. In deze oefeningen gaan we dieper in op de vorming en het gebruik van vergelijkende bijvoeglijke naamwoorden. We behandelen niet alleen de basisregels, zoals wanneer je "-er" toevoegt of "meer" gebruikt, maar we zullen ook stilstaan bij onregelmatige vormen en veelgemaakte fouten. Door middel van gevarieerde en praktische opdrachten krijg je de kans om je kennis te testen en te verbeteren. Of je nu een beginner bent of je vaardigheden wilt verfijnen, deze oefeningen helpen je om zelfverzekerder en nauwkeuriger te communiceren.

Exercise 1 

<p>1. The cheetah is *faster* than the lion (sneller).</p> <p>2. This puzzle is *more difficult* than the last one (moeilijker).</p> <p>3. My brother is *taller* than me (langer).</p> <p>4. Today is *colder* than yesterday (kouder).</p> <p>5. This movie is *more interesting* than the book (interessanter).</p> <p>6. Her dress is *prettier* than mine (mooier).</p> <p>7. His story was *more exciting* than hers (spannender).</p> <p>8. The mountain is *higher* than the hill (hoger).</p> <p>9. This cake is *sweeter* than the cookies (zoeter).</p> <p>10. The new phone is *better* than the old one (beter).</p>
 

Exercise 2

<p>1. My car is *faster* than yours (snel).</p> <p>2. This book is *more interesting* than the movie (interessant).</p> <p>3. Her house is *bigger* than mine (groot).</p> <p>4. The exam was *easier* than I expected (makkelijk).</p> <p>5. Today is *hotter* than yesterday (heet).</p> <p>6. This puzzle is *more difficult* than the previous one (moeilijk).</p> <p>7. The new restaurant is *cheaper* than the old one (goedkoop).</p> <p>8. His story was *more exciting* than hers (spannend).</p> <p>9. This road is *narrower* than the highway (smal).</p> <p>10. She is *happier* now than she was last year (gelukkig).</p>
 

Exercise 3

<p>1. My new car is *faster* than my old one (speed). Clue: snelheid</p> <p>2. This book is *more interesting* than the one I read last week (interest). Clue: interesse</p> <p>3. Jane is *taller* than her brother (height). Clue: lengte</p> <p>4. This puzzle is *harder* than the one we did yesterday (difficulty). Clue: moeilijkheidsgraad</p> <p>5. His house is *bigger* than mine (size). Clue: grootte</p> <p>6. The new restaurant is *better* than the old one (quality). Clue: kwaliteit</p> <p>7. Winter is *colder* than summer (temperature). Clue: temperatuur</p> <p>8. The movie was *scarier* than I expected (fear). Clue: angst</p> <p>9. Her dress is *more beautiful* than mine (beauty). Clue: schoonheid</p> <p>10. This math problem is *easier* than the last one (difficulty). Clue: moeilijkheidsgraad</p>
 

Language Learning Made Fast and Easy with AI

Talkpal is AI-powered language teacher. master 57+ languages efficiently 5x faster with revolutionary technology.