Then vs Than – Wanneer moet u ze correct gebruiken?

Als Nederlands sprekende studenten Engels leren, komen ze vaak kleine maar belangrijke verschillen tegen in het gebruik van het Engels. Een veelvoorkomende verwarring is het verschil tussen de woorden “then” en “than”. Hoewel deze woorden vergelijkbaar klinken, hebben ze totaal verschillende betekenissen en functies binnen een zin. Dit artikel zal u helpen begrijpen wanneer u “then” en wanneer u “than” moet gebruiken, compleet met voorbeelden om de concepten te verduidelijken.

Wanneer gebruikt u “then”?

“Then” wordt gebruikt om iets te beschrijven dat volgt op iets anders in tijd. Het kan worden vertaald als “dan” of “vervolgens” in het Nederlands. “Then” kan gebruikt worden in verschillende contexten, zoals in tijdsequenties, in voorwaardelijke zinnen, of wanneer u een gevolg aangeeft.

Voorbeeldzinnen waar “then” correct gebruikt wordt:
– If you study hard, then you will pass the exam.
– First we went to the cinema, and then we had dinner.

Zoals u kunt zien in de voorbeelden, wordt “then” gebruikt om een resultaat of een volgende actie aan te geven na iets dat eerder genoemd is.

Wanneer gebruikt u “than”?

“Than” wordt gebruikt in vergelijkingen. Het is vergelijkbaar met het Nederlandse “dan” wanneer het gebruikt wordt om twee dingen te vergelijken. Het wordt altijd gebruikt in de context van een vergelijking tussen twee elementen.

Voorbeeldzinnen waar “than” correct gebruikt wordt:
– He is taller than his brother.
– She runs faster than I do.

In beide zinnen wordt “than” gebruikt om een vergelijking te maken tussen twee onderwerpen of objecten.

Veelgemaakte fouten

Een veelgemaakte fout is het verwisselen van “then” en “than”. Omdat ze qua uitspraak dicht bij elkaar liggen, is het makkelijk om ze per ongeluk verkeerd te gebruiken. Het is belangrijk om te onthouden dat “then” te maken heeft met tijd en volgorde, terwijl “than” gebruikt wordt voor vergelijkingen.

Foute voorbeelden:
– He is faster then me. (Moet zijn: He is faster than me.)
– We will go to the park, than we will go home. (Moet zijn: We will go to the park, then we will go home.)

Tips om ze uit elkaar te houden

1. Onthoud dat “then” vaak volgt na als-dan constructies. Als er een voorwaarde is (“if”), dan volgt meestal “then”.
2. “Than” komt alleen voor in vergelijkingen. Kijk of de zin een vergelijking bevat. Zo ja, dan is “than” waarschijnlijk correct.
3. Oefen met voorbeelden. Hoe meer u oefent, hoe makkelijker het wordt om deze woorden correct te gebruiken.

Conclusie

Het correct gebruiken van “then” en “than” kan lastig zijn, maar met oefening en aandacht voor de context van de zin kunt u deze veelvoorkomende fout vermijden. Onthoud de basisregels: gebruik “then” voor tijd en volgorde, en “than” voor vergelijkingen. Door deze eenvoudige richtlijnen te volgen, kunt u uw Engels verbeteren en effectiever communiceren.

Taal leren snel en gemakkelijk gemaakt met AI

Talkpal is een AI-ondersteunde taalleraar.
Leer 57+ talen efficiënt 5x sneller beheersen met revolutionaire technologie.